Pups leren door te spelen

Van de vierde tot de zevende week gaan de pups zich werkelijk een stuk beter ontwikkelen. Hun zintuigen zijn al goed ontwikkeld en ze gaan nu steeds meer oefenen om ze te gebruiken. Dit doen ze veelal door middel van spelletjes, die ze alleen doen of met elkaar. Als ze iets zien bewegen, hebben ze daar meer dan normale belangstelling voor en je ziet ze dan ook een houding aannemen die erop gericht is om de "prooi" te vangen. Dit kan variëren van roerloos blijven zitten en wachten tot de buit voorbijkomt, tot de achtervolging inzetten. Hierbij moeten ze wel goed het moment kunnen inschatten dat ze de prooi pakken en er niet naast grijpen. Dit vergt een goed gezichtsvermogen en het op tijd bespringen van de nepprooi. Bovendien is het vangen ook een kunst, want je bek moet op tijd open. Heel vaak springen en grijpen de pups in het begin mis en zitten ze er finaal naast. Ze hadden het fout, maar van fouten leer je. Slechts diegene die niet van fouten leert is pas echt dom.
Zodra je de prooi eindelijk hebt bemachtigd, heb je als pup je ogen, je lichaamsspieren en je kaakspieren een goede training gegeven en je hebt ook nog geleerd dat de zintuigen samen moeten werken om iets te bereiken.
Ook onderling zijn pups uitstekend spelmateriaal. Het kan zomaar gebeuren dat een pup die nietsvermoedend voor zich uit zit te staren of zelfs rustig ligt te slapen, door een nestgenoot die dit niet goed kan uitstaan, wordt besprongen. Pup nummer 1 moet het dan ontgelden en wordt zo maar ergens vastgepakt. Er wordt dan niet echt gebeten en boos worden is er niet bij. Zelfs diegene die op een brute manier wordt overvallen toont geen teken van agressie, want hij is de volgende keer de aanvaller. Het enige dat je als "besprongene" kunt doen, is het je op dat moment laten welgevallen en zo gauw je de kans ziet...de aanval van de ander over te nemen. Het nadeel is dan wel dat je meteen klaar wakker bent, maar ook daar is het beestje hond op berekend. Een volwassen hond kan nog zo lekker liggen te slapen, zodra de baas weggaat staat hij al voor hem, tenzij hondlief heeft gevoeld dat het opstaan van de baas betekent dat die alleen maar naar het toilet gaat. In dat geval knijpt hij het het ene oog, dat al open was, toch maar weer dicht. Echter op het moment dat het voor de hond spannend begint te worden, is hij direct klaar wakker. Dit gedrag ontwikkelt de pup ook al.
In de vierde tot de zevende week zijn de jongen, wat hun gedrag betreft bijzonder nieuwsgierig en leergierig. Ze onderzoeken alles wat ze te pakken hebben gekregen van top tot teen. Hierbij gebruiken ze weer hun neus en hun bek, want ze besnuffelen een vreemd voorwerp nauwkeurig en gaan er dan op bijten en kauwen. Honden zijn honden en mensen zijn mensen, maar wat dat betreft zijn pups net mensenkinderen die in hun beginperiode graag alles in de mond steken.
Door te ravotten wordt in deze periode hun spierstelsel getraind en ze worden steeds sterker en sneller. Dat zie je aan het eind van deze periode, want dan zijn ze al veel bedrevener in het vangen van dingen en van elkaar. Ze grijpen steeds minder vaak mis en als dit toch nog gebeurt zie je dat de achtervolger zich eigenlijk een beetje kwaad maakt en zijn uiterste best doet om zijn fout toch nog te herstellen.
Kwaad worden gebeurt tussen de pups onderling het vaakst tegen de tijd dat ze moe beginnen te worden, omdat ze al een hele tijd gespeeld hebben. Ze gaan dan op het laatst ongecontroleerd doen en daardoor raken ze ook geïrriteerd. Er begint zich dan een vorm van agressie te vertonen bij de beestjes. Nu wordt het voor hen dan ook de hoogste tijd om een rustpauze te nemen.

Door Bert Nieuwenhuis op 09 september om 11:38